REISVERHALEN                       FOTOSITE                       GASTENBOEK


DWARS DOOR FRANKRIJK

23 augustus - 20 september 2008


We trekken er nog een keertje op uit met de camper. Langs alternatieve wegen rijden we van de Loirestreek, door de Midi-Pyrénées tot de Languedoc-Roussillon om er te genieten van het warme klimaat, de mooie natuur, de middeleeuwse dorpjes en te fietsen langs de Loire, de Tarn, het Canal du Midi, de Orb en de Hérault.






Onze eerste stop onderweg, net over de grens


Van Laakdal via ... tot de Middellandse Zee en ... terug




Zaterdag, 23 augustus

9.00 u en 16°C: Via Brussel en Mons (A7-E19) rijden we naar Frankrijk tot net vóór Cambray (= 2 km vóór de péage). Vanaf hier gaat het verder met de N30, later de D917 langs Péronne, Roye en Senlis. Ter hoogte van Fontenay-en-Parisis volgen we de D104, richting Pontoise. Nadien volgen we ons Vera, alias TomTom, tot Triel-sur-Seine, rue Paul Doumer. Hier rijden we nog ongeveer 200 m richting Seine en arriveren zo op de parking waar we onze eerste overnachting plannen.
16.00u en 20°C: Willy haalt de fietsen af en weg zijn we. Het padje langs de Seine dat we volgen is niet echt een fietspad, eerder een wandelpad maar de mooie entourage maakt dat we er toch echt van genieten.
Na ons avondeten wandelen we nog tot de Église St.Martin, een geklasseerde kerk die dateert uit de 13de eeuw. Er is juist een dienst bezig en we kunnen dus geen kijkje nemen binnenin, maar het portaal en de reeks fraaie waterspuwers kunnen we bewonderen. En ... onder een deel van de kerk door loopt een weg! De straat, rue Galande, vroeger Chemin du Roi, was er eerst. De bouw van de kerk is voltooid in de 16de eeuw. Bij de uitbreiding van het gewelf heeft men de servituut, van de straat die onder het koor doorloopt, gerespecteerd.
Het avondzonnetje zorgt er voor dat we de dag kunnen afsluiten met een romantische wandeling langs de Seine.


Dag 1:  392 km
Overnachting: Triel sur Seine - parking tussen Quai de Seine en Rue Cadot
Coördinaten: N 48.98136    E 2.00068


Camperplaats Triel-sur-Seine



Zondag, 24 augustus

8.00u en 17°C: We volgen onze gps naar Camping La Grande Tortue in Candé sur Beuvron. De camping aanvaardt campingcheques, heeft een overdekt verwarmd zwembad en gratis WI-FI. We hebben deze camping uitgekozen omwille van de fietsmogelijkheden langs de Beuvron en langs de Loire.
11.30 u: Eerst installeren en acclimatiseren, wat eten en drinken en dan op verkenning! We fietsen naar Valaire, ongeveer 4 km verder. Het Theehuisje met bijhorend kunstmuseum is vlug gevonden. Het museum is interessant, het theehuisje biedt een uitgebreide keuze uit verschillende soorten thee ... maar duur! Zelfs voor een wandeling in het tuintje betaal je 4 euro.
Als we terug in Candé zijn, toeren we wat rond in het gezellig dorpje, nemen een paar foto's van de oude brug en zoeken uit hoe we morgen naar Chaumont kunnen rijden.
Voor ons vieruurtje keren we terug naar de camper. Nadien wagen we een plonsje in het zwembad. Onze vakantie is goed gestart.

Dag 2:  212 km
Overnachting: Candé sur Beuvron - Camping La Grande Tortue

Maandag, 25 augustus

8.00 u en 14°C: Het is fris maar droog. We fietsen langs de Beuvron tot waar ze samenvloeit met de Loire. Op dit korte tochtje zien we veel vlinders, libellen, een reiger en ... een ijsvogel.
Na de middag rijden we langs dezelfde weg maar nu tot in Chaumont. Na 6 km fietsen, of eerder mountainbiken, door het bos en tussen zonnebloemvelden komen we er aan. Het is ondertussen wat warmer geworden. Het zachte zonnetje verdwijnt regelmatig achter de wolken. De Loire is hier veel breder. Aan de oever liggen de typische Loirebootjes "futreaus" aangemeerd te wachten op kandidaten voor een zeiltochtje op de rivier. In de hoogte troont het kasteel. Op dit uitgelezen plaatsje staan een 30-tal campers. Parkeren is hier toegelaten, overnachten niet. We kuieren hier rond en genieten van het prachtig uitzicht.
Op onze terugtocht houden we midden in het veld even halt om het rondcirkelen van twee roofvogels te observeren. Terug op de camping hebben we nog een hele namiddag voor ons om te luieren, lezen, zwemmen, ...

Dag 3: Overnachting: Candé sur Beuvron - Camping La Grande Tortue



Dinsdag, 26 augustus

Vandaag staat een bezoek aan "Le Château de Chenonceau" op het programma. Het kasteel ligt tussen Amboise en de stad Chenonceaux, ongeveer 25 km van de camping. Op onze weg er naartoe springt ineens een ree over de weg, vlak voor onze camper. Willy is danig geschrokken en rijdt op slag een pak trager.
Om 11.00 u staan we op de parking van het kasteel. De parking voor campers is al behoorlijk vol. Als je door het park wandelt, zie je in de verte het prachtig kasteel dat deels gebouwd is op een brug over de Cher. Rond het kasteel liggen strak aangelegde, vierkante tuinen. Met je ticket kan je binnen en buiten zoveel je wil, op die manier heb je alle tijd om het interieur te bekijken en ondertussen wat te wandelen, een terrasje te doen, ... Op de gelijkvloers kan je aan de andere kant naar buiten, je bent dan op de andere oever van de Cher.
Het kasteel en het park zijn de 10 euro toegang meer dan waard.
Ongeveer 17.00 rijden we via Amboise terug naar de camping. Onderweg stoppen we nog aan de supermarkt om voorraad in te slaan want in de campingwinkel is in het laagseizoen niet veel meer te krijgen. Het was een heel fijne, warme, zonnige dag.

Info over Kasteel van Chenonceau  /   Officiële website  /   Officiële panaramafoto's

Dag 4:  49 km
Overnachting: Candé sur Beuvron - Camping La Grande Tortue


Woensdag, 27 augustus

Er hangt een lage nevel als witte sluier over de camping en hoog in de lucht priemen zonnestralen door. Het wordt vast een heel mooie dag.
We plannen weer een bezoek aan een kasteel, naar "Le Château de Chambord", wat totaal verschillend is van dat van Chenonceau, hoewel ze beide uit de 16de eeuw dateren. Deze keer nemen we de fietsen mee om na ons kasteelbezoek in het park en het bos rond te fietsen, er blijken aangelegde fietspaden te zijn. Tegen 10.00 u staan we op de camping van het kasteel. Als je het kasteel bezoekt kan je gratis parkeren, anders moet je 5 euro betalen. Overnachten kost 10 euro.
Dit gigantisch jachtkasteel met enorm veel torens is volledig symetrisch opgebouwd en is, naar men zegt, het beroemdste kasteel aan de Loire. Het domein is 5500 ha groot en omringd door een 32 km lange muur. Hier kan je niet zo maar binnen en buiten lopen zoals in het kasteel van Chenonceau, je moet het interieur in een trek door bezichtigen. Buiten zijn er ook nog de paardenstallen met spektakels in aangepaste kledij en 's avonds is er een klank- en lichtvoorstelling. Een bezoek aan het Kasteel van Chambord mag je niet missen als je in de Loirestreek bent!

16.00 u en 27°C: We maken een fietstocht tot St.Dye sur Loire door het bos langs uitgestippelde fietspaden. 18.00: Het is welletjes geweest. We keren voor een laatste nacht terug naar de camping. Morgen trekken we verder.

Info over Kasteel van Chambord   /   Officiële website

Dag 5:  66 km
Overnachting: Candé sur Beuvron - Camping La Grande Tortue

Donderdag, 28 augustus

9.00 u: We zijn op weg richting Bourges. In Langon op de N76, zo'n 20 km vóór Vierzon, houden we "pauze" op een camperplaats langs het Canal de Berry. Ongeveer 12.00 u staan we geparkeerd op een mooie, ruime camperplaats in Bourges, rue Jean Bouin. Eerst zorgen we voor de innerlijke mens en dan gaan we op stap om de stad te bezichtigen. De lucht is helblauw en het zonnetje lekker warm. Kan het beter? Het historische centrum ligt op wandelafstand en op het pleintje waar we aankomen lopen we recht in het Toeristenbureau waar we heel vriendelijk geholpen worden. Met het stadsplannetje in de hand beginnen we ons stadsbezoek.



Camperplaats Bourges

De machtige, 13de-eeuwse, gotische Kathedraal Saint-Etienne ligt vlak voor ons. Er zijn vijf toegangsportalen waaraan je kan zien dat er vijf schepen zijn; er is geen dwarsschip waardoor de buitenkant eenvormig is. In et interieur zijn vooral de glas-in-loodramen, die het leven in de middeleeuwen illustreren, opmerkelijk door hun schitterende kleuren.
De musea in Bourges zijn gratis. Het is niet onze bedoeling alle musea af te lopen. Maar, als we aan het Hotel Lallemant, het Museum van kunstnijverheid aankomen, kunnen we het niet laten om binnen te gaan, vooral omwille van het schitterende Renaissancegebouw.

We wandelen door het charmante straatje, rue Bourbonnoux. Bijna alle vakwerkhuizen hier zijn nieuw gebouwd na de grote stadsbrand in 1487. We zijn aan een verfrissing toe en hebben zin in een frisse pint. Op het pleintje vinden we een gezellig terrasje. Het verwondert ons dat de keuze zo beperkt is. Je kan kiezen tussen Heineken en Leffe. Waarom willen we dan ook in het wijnland Frankrijk een biertje drinken? Volgende keer bestellen we beslist een wijntje.
We passeren het Musée d'Estève. In dit uitzonderlijke gebouw, het vroegere Hôtel des Échevins of het Herenhuis van de Schepenen (1489), bevinden zich tegenwoordig de werken van de schilder Maurice d'Estève. Momenteel is het gesloten. We stellen ons tevreden met een kijkje op de façade.
Het Palais Jacques Coeur is gebouwd tussen 1443 en 1451 door Jacques Coeur, de schatbewaarder van de koning. Toen hij in 1451 gearresteerd werd, is het paleis in beslag genomen door Charles VII en in 1457 teruggegeven aan de familie Coeur. De achtergevel ligt op oude gallo-romaanse vestingmuren. De bijzonder fraaie voorgevel en de beeldhouwwerken in bas-reliëf die de open haarden, deuren en nissen versieren maken het gebouw uitzonderlijk. Je betaalt hier 6,5 euro toegang maar het is een bezoek meer dan waard.
Info over Jacques Coeur en het Paleis
Bourges is een gezellige, oude stad en heeft nog veel meer moois en interessants te bieden, onder andere nog meer herenhuizen, pleinen, verschillende tuinen.

Meer info vind je op de Officiële site van Bourges
19.00 u: Als we uiteindelijk terug zijn van onze stadswandeling, beslissen we nog een eind verder te rijden om te overnachten. Met de RN144 richting Montluçon komen we in Saint-Amand-Montrond waar, langs een kanaaltje, een gratische camperplaats met service is. We hebben geluk. Er is nog één plaatsje bij de brug.



Dag 6:  159 km
Overnachting: Saint-Amand-Montrond, Quai Lutin
Coördinaten: N 46.71817   E 2.50463


.
Camperplaats Saint-Amand-Montrond


Vrijdag, 29 augustus

8.30 u: Onderweg met de RN 144 richting Clermond-Ferrand slaat Willy onverwacht af en rijdt met een klein weggetje naar Hérisson. Hij heeft langs de kant van de weg een reclamebord gezien dat hem interesseerde. We komen na 12 km aan in Hérisson, een oud, pittoresk dorpje met ruïnes van een versterkte burcht. Jammer! Wegens restauratiewerken is ze niet te bezichtigen. Als alternatiefje wandelen we rond in het dorpje en dat valt erg mee. Het is toevallig marktdag. De kraampjes staan langs de Cher. Over de Cher is een loopbrug. Langs de kapel loopt een toeristische wandelweg ... dus, geen verloren moeite en omweg.

11.00 u: We zijn weer op weg richting RN 144 en rijden verder naar het Zuiden. Onze middagstop houden we in St.Eloy-les-Mines op een camperplaats langs het Canal de Berry.
Een uurtje later nemen we weer een ontspannende pauze in Menat op een picknickplaats met uitzicht over de bossen en in de verte het Château Rocher. Wij willen van onze tocht onderweg genieten en zeker niet gestresseerd en moe ergens toekomen. Het is tenslotte vakantie en we hebben tijd genoeg. Nadien volgen we verder de RN 144 tot Riom en nemen ter hoogte van Clermont-Ferrand de snelweg A75/E11 naar het Zuiden, die ons tot Millau, ons einddoel vandaag, brengt.
De A75/E11 of 'La Méridienne' is de snelweg tussen Clermont-Ferrand en Béziers, en is de meest directe en goedkoopste weg tussen Parijs en de Middellandse Zee. De snelweg A75/E11 loopt ten Westen van Millau en is gratis behalve tussen afrit 45 en 47 waar je tol moet betalen voor de beroemde Viaduct van Millau.

Ook op de A75 houden we een tussenstop op een aangename parking tussen bomen en groen, wat erg welkom is want het is ondertussen 34°C.
16.00 u: Bij afrit 30, ongeveer 120 km vóór Millau, verlaten we de A75/E11 richting Ruynes-en-Margeride want we willen de beroemde Viaduct van Garabit te zien. Deze metalen spoorwegbrug, die de rivier Truyère overspant, is gebouwd door Gustave Eiffel tussen 1880 en 1885 en is nog steeds in gebruik. Ze is 564,69 m lang en 122 m hoog, volledig in het rood geverfd wat 38-ton verf vergde om een oppervlakte van 51.000 m² te bedekken. Een tijdlang was de Viaduct de hoogste van de wereld. In Portugal, tussen Porto en Vila Nova de Gaia, bouwde Gustave Eiffel tussen 1875 en 1877 een gelijkaardige, ijzeren spoorwegbrug (352 m lang) over de Douro.

Info Viaduct van Garabit

Nadat we de kolossale, ijzeren constructie met eigen ogen gezien en bewonderd hebben, volgen we de wegwijzers en komen zo in Loubaresse bij oprit 31 terug op de A75/E11. Onderweg worden we nog door de gendarmerie tegen gehouden. Willy moet even in het zakje blazen. Nadien zijn we eindelijk op weg naar Millau.


21.00 u en 28°C: Bij afrit 45, net voor je tol moet betalen voor de Viaduct van Millau, verlaten we de A75/E11 en bollen richting Rue Cantarane, Parking La Grave, waar een camperplaats is. Om te beginnen maken we gebruik van de servicezuil voor het hoognodige lozen van grijswater en chemisch toilet. De camperplaats ligt 100 m verder en is nokvol! Geen enkel plaatsje meer vrij. We gaan op zoek naar de Pont de Larzac waar ook een camperplaats zou zijn. Hier is nog plaats genoeg en het is zelfs aangenamer gelegen. Er is geen servicezuil maar wel nette toiletten. Tegen de tijd dat we hier geïnstalleerd zijn is het donker. De bergen en de krijtrotsen in de verte zijn verlicht en we horen het geluid van de stromende rivier. Na een avondwandeling gaan we vroeg naar bed. Het was een drukke dag.

Dag 7:   388 km
Overnachting: Millau - Camperplaats aan de Pont de Larzac - N9


Hérisson


Château Rocher


Viaduct van Garabit


Camperplaats Millau - Bij Pont de Larzac




Zaterdag, 30 augustus

7.00 u en al 20°C: We verplaatsen ons naar Camping Du Viaduc, 4 km verder want we willen de omgeving verkennen en fietsen. Het is toch veiliger als je de hele dag wegbent. De camping ligt aan de Tarn, heeft een verwarmd zwembad en alle comfort. Nu, in het laagseizoen, betalen we 15 euro per nacht. Aan de receptie worden we ontvangen door een Vlaming die ons uitgebreid informatie geeft. Het is broeiend heet, in de schaduw 37°C. We fietsen naar de stad Millau, hangen er rond, doen een terrasje en keren terug langs de Tarn.
19.00 u en nog 30°C: Onder de luifel voor de camper genieten we ontspannend van een wijntje met op de achtergrond een zacht muziekje. Een deugddoend windje maakt de temperatuur draaglijk.
24.00 u en nog 23°C een echter nazomer of is het de zuiderse invloed?

Dag 8: Overnachting: Millau - Camping Du Viaduc






Zondag, 31 augustus

Net zoals gisteren is het om 7.00u al 20°C maar de lucht ziet grijs en bewolkt, het zonnetje breekt niet door. Toch is het fijn om te fietsen dankzij een fris windje. We vertrekken door het centrum van Millau naar de andere kant van de stad en blijven dan evenwijdig met de Tarn, rijden onder de beroemde Viaduct van Millau die de Tarn overspant door en komen zo in Peyre.
De Viaduct van Millau is de hoogste brug van de wereld. Ze overbrugt de 'Gorges du Tarn' over 2460 meter, met pilaren tot een hoogte van 343 meter, wat een wereldrecord is.

Info over de Viaduct van Millau  /   Officiële website



Peyre is een oud, riant dorpje dat tegen de berg aan is gebouwd, alleen een restaurantje ligt aan de andere kant van de weg, langs de Tarn. Het is een van de mooiste dorpjes van Frankrijk. Van het restaurant heb je een prachtig panoramisch zicht op de Tarn en de Viaduct. We klimmen het dorpje in, bezoeken een plaatselijke fototentoonstelling en slenteren rond, genietend van het bijzonder vergezicht. We ronden af met een bezoek aan het restaurant en fietsen terug, zoveel mogelijk langs de rivier blijvend. Om 18.00 u zitten we na te genieten met een biertje voor ons campertje. Ondanks de grijze, bewolkte hemel was het stikheet vandaag.


Dag 9: Overnachting: Millau - Camping Du Viaduc


Maandag, 1 september

Vandaag staat de "Gorges du Tarn" op het programma. We zijn goed geïnformeerd en verzekerd van het feit dat we met een camper door de tunnels en onder de afhangende rotsen doorkunnen. We rijden richting Le Rozier, zoals ons is uitgelegd. Maar we nemen de verkeerde kant van de Tarn doordat we ons Vera, alias gps volgen, met het gevolg dat we in Peyreleau terechtkomen. De kronkelende, dalende weg is hier amper breed genoeg voor een camper en je kan tegenliggers verwachten. Willy zweet water en bloed maar het loopt goed af. Wat een verademing! Voor we het dorpje gaan verkennen, nemen we op de parking alle tijd om te bekomen van de spanning.



Van Peyreleau rijden we met de D996 naar Meyrueis langs de Gorges de la Jonte. We letten extra op om niet op een verkeerde weg terecht te komen.

Overweldigende landschappen glijden voorbij.

Meyrueis is een mooi en gezellig, oud dorpje maar nogal toeristisch.



Van Meyrueis gaat het verder door het desolate landschap van de Causse Méjean naar Saint-Enimie, een middeleeuws vestingplaatsje gelegen in één van de smalste doorgangen van de canyon.
Vanaf hier volgen we het mooiste en smalste gedeelte van de Gorges du Tarn. Het uitzicht is onovertreffelijk. De weg wordt een pak lastiger door de vele tunnels die soms maar 3,5 m hoog zijn en de overhangende rotsen waar je links moet rijden om het dak van je camper niet te beschadigen terwijl je ook nog tegenliggers mag verwachten. Goddank is het laagseizoen. Het is minder druk en de meeste toeristen rijden voorzichtig, alleen de "locals" schuren hier door of er niets aan de hand is.

La Malène is bekend om zijn "bateliers" die je in een boot de Tarn afvaren. Vroeger was de "barque" het traditioneel vervoer in de Gorges, tot in 1905 was er gewoon geen andere weg.
Normaal moet je reserveren voor een "Promenade en barque". We komen er ongeveer 16.00 u aan en hebben geluk, we kunnen toch mee. De "batelier" vaart ons 8 km stroomafwaarts door het nauwste deel van de Gorges du Tarn en geeft ondertussen deskundige uitleg. Het is een bijzondere belevenis; je wordt hier overweldigd door de natuur. Na de tocht worden we met een busje terug naar ons vertrekpunt gebracht.



18.00 u: We bollen verder. In Vignes besluiten we onverwacht om naar de Pointe Sublime te rijden. De ene haarspeldbocht na de andere terwijl de weg omhoog klimt. Na 12 km bereiken we de Pointe. We zijn teleurgesteld. Je hebt hier een indrukwekkend uitzicht over de Gorges de Tarn maar we blijven toch wat op onze honger zitten. Misschien omdat we verwend zijn, we hebben al de hele dag adembenemende panorama's gezien.
Ongeveer 19.00 u zijn we terug in Vignes, rijden naar La Rozière en nemen deze keer de juiste kant van de Tarn terug naar de camping. 20.30 u: Einde uitstap. Het was een bijzondere, enig mooie, spannende ervaring en we zijn doodop.

Dag 10:  150 km
Overnachting: Millau - Camping Du Viaduc



Camping du Viaduc
Dinsdag, 2 september


7.00 u en 14°C: Geen plannen vandaag.
Dus ... met de fiets wat voorraad indoen bij de dichtst bijgelegen supermarkt, lezen, zwemmen, voorbereiden om morgen verder te trekken, ... en verder zalig niksen ...
22.00u en nog 20°C en ... het regent!


Dag 11: Overnachting: Millau - Camping Du Viaduc



Woensdag, 3 september

8.00 u en 16°C: Tot ziens, au revoir Millau! Vanavond willen we in Albi zijn. Eerst doen we een stukje van de "Route van de Tempeliers". Met de D809, een toeristische weg, komen we in Nant. Nant is een klein, riant dorpje zoals er honderden zijn in Frankrijk, niet echt een plaatsje om een grote omweg voor te maken. We wandelen hier wat rond, schieten een paar foto's en maken een praatje met een Franse toerist die ons de raad geeft om La Couvertoirade te bezoeken.



Nant


Na ongeveer 15 km komen we aan in La Couvertoirade, een versterkt stadje achter een 14de-eeuwse muur. De mythische religieuze ridderorde van de Tempeliers stichtte in de twaalfde eeuw hier, op en rond de Causse du Larzac, welvarende vestingen. Die vestingen groeiden tot dorpjes, waaromheen in de volgende eeuwen steeds hogere torens en muren gebouwd werden, en die door hun geïsoleerde ligging nog altijd goed bewaard zijn.
Ik vermoed dat het stadje voor een groot deel leeft van het toerisme. De immense parking, waar in dit laagseizoen ongeveer 20 auto's en een paar campers staan, is voorzien van automatische slagboemen (2 euro). Je zou hier gerust kunnen overnachten in het laagseizoen. Ons bezoek aan de La Couvertoirade of "Petit Carçassonne" valt bijzonder mee. Willy en ik houden allebei van oude stadjes met een historisch verleden.
Officiële website van La Couvertoirade

La Couvertoirade


15.00u: Via Saint-Affrique rijden we naar Albi. Saint-Affrique lijkt ons ook een bezoek waard maar we hebben nog een drukke, lastige weg van ongeveer 80 km te doen zodat Saint-Affrique op de wachtlijst staat voor een andere keer. We houden hier een korte stop om te tanken en de nodige voorraad in te slaan.

18.00u: In Albi aangekomen passeren we de serviceplaats voor campers op Place Paul Perret. We zoeken de Parking Bondidou waar de camperplaats zou zijn. Als we de stad binnenrijden, over de nieuwe brug, volgen we onze gps en komen daardoor in een hachelijke toestand. De gps leidt ons dwars door het centrum en door nauwe straten. Er is geen weg terug, we moeten wel volgen. Uiteindelijk parkeren we op een parking net buiten het centrum en vragen uitleg aan een inwoner. Je moet het maar weten. We staan slechts op een paar straten van de camperplaats geparkeerd.
20.00 u en 27°C: Er zijn nog een paar plaatsjes vrij op Parking Bondidou. Je mag hier 48 uur gratis staan; er zijn geen voorzieningen.

Met een trapje komen we op het plein van de Kathedraal Sainte-Cécile en in het centrum van Albi. Het is nog warm en de stad en de Tarn nodigen uit voor een eerste verkenning en een avondwandeling. Door het avondlicht schijnt een rode gloed over de, uit baksteen opgetrokken, gebouwen wat verklaart waarom Albi ook wel eens "de rode stad" genoemd wordt.

Dag 12:   140 km
Overnachting: Albi - Camperplaats Parking Bondidou


Camperplaats vlakbij Kathedraal





Donderdag, 4 september

8.00 u en 19°C: We kijken vanuit de camper op de imposante Kathedraal Saint-Cécile. Het ligt voor de hand dat we die als eerste wille bezichtigen. Het rijkelijk versierde ingangsportaal ligt niet zoals gewoonlijk vooraan maar opzij en is in schril contrast met de rest van de robuuste bakstenen vesting. Ook het weelderige interieur is totaal anders en leunt eerder aan bij de renaissance. Het plafond en de muren zijn bedekt met fresco's uit de 16de eeuw. Vooraan in het schip staat een muurschildering die Het Laatste Oordeel afbeeldt. De fraaie versieringen van het koor lijken wel stenen kantwerk. Voor twee euro bekom je een audiogids en mag je rond en in het koor. Je mag hier foto's nemen maar het is onmogelijk om die overweldigende pracht vast te leggen.
Info over de Kathedraal Saint-Cécile

Als we buitenkomen ondervinden we pas hoe broeiend heet het is. Aan de hand van een plannetje maken we een stadswandeling en komen terecht bij de Kerk Saint-Salvy met zijn Romaanse kloostergang uit de 13de eeuw. Saint-Salvy is het oudste monument van de stad waarvan de bouw al begon vóór de kruistochten tegen de Katharen.

Op het heetste van de dag keren we terug naar de camper voor wat rust en verfrissing.
15.00 u en 32°C! Op stap naar de Place Sainte-Cécile waar vlakbij de kathedraal het Palais de la Berbie, het vroegere bisschoppelijk paleis, uit de 13de eeuw ligt. In het gebouw is sinds 1922 het museum van de schilder Toulouse Lautrec ondergebracht. Aan de kant van de Tarn liggen de bijhorende tuinen. Je hebt hier een prachtig uitzicht over de Tarn.

Voor we van het Palais de la Berbie afdalen naar de Tarn zoeken we een terrasje uit op het plein. Nergens kan je echt gezellig genieten van een drankje zonder geïrriteerd te worden door de stank van de voorbijrijdende auto's. Wat jammer op zo'n bijzonder mooi plein.
Wandelend in het groene landschap langs de rivier met zijn drie bruggen hebben we geen last van de uitlaat van auto's. Niets wijst er op dat je in het centrum van een grote stad bent. Links zien we in de verte de Spoorbrug die een verbinding vormt met La Madeleine, de voorstad van Albi. Voor ons ligt de oude brug, le Vieux-Pont. Deze oude, 151m lange brug dateert uit 1035 en is, meer nog dan de kathedraal Saint-Cécile, hét symbool van de stad. Het onderhoud is enorm kostelijk zodat sommigen opteren om ze af te breken, maar dat stuit op verzet van de inwoners. Iets verder ligt de nieuwe brug, le Pont du 22 août 1944. Met de typische "Gabarre" kan je een toeristische rondvaart maken en de "rode stad" bewonderen van op de rivier.
22.00 u en nog 22°C: Ondanks de hitte hebben Willy en ik genoten van ons bezoek aan Albi!
Info over Albi

Dag 13: Overnachting: Albi - Camperplaats Parking Bondidou




Spoorbrug over de Tarn


Camperplaats Villeneuve-lès-Béziers
Vijdag, 5 september

7.00 u en 19°C: We verlaten Albi, de Tarn, de Midi-Pyrénées en rijden met de D612 via Castres naar de Languedoc-Roussilon, naar Béziers.
13.00 en 32°C: We installeren ons op de camperplaats in Villeneuve-lès-Béziers, Promenade des Vernets langs het Canal du Midi. Dit blijkt volgens de recentste info de enige plaats in de omgeving van Béziers waar je officieel mag overnachten.



Canal du Midi Na wat rondvraag beslissen we om naar "Les Écluses de Fonseranes" te fietsen zowat 8 km langs het bekendste kanaal van Europa, het Canal du Midi.
Het 240 km lange kanaal begint bij Sète aan de Middellandse Zee en eindigt in Toulouse waar het kanaal in de rivier de Garonne overgaat en zo verder naar de Atlantische Oceaan loopt. Het kanaal is het idee en werk van Pierre-Paul Riquet; een gigantisch bouwwerk dat 15 jaar duurde (1666 - 1681). Meer dan 7 miljoen m³ grond is met de hand verplaatst door 12.000 werklieden. De realisatie impliceerde de bouw van 350 kunstwerken zoals stuwdammen, tunnels, sluizen, aquaducten waaronder de Tunnel Malpas, de Mobiele Aquaduct in Libron, de Ronde Sluis in Agde, de Sluizen van Fonseranes, het Pont-canal, ... Oorspronkelijk was het bedoeld om de afstand van zo'n 2000 km van de Atlantische Oceaan naar de Middellandse Zee rond het vijandige Spanje te verkorten. Tegenwoordig wordt het kanaal vrijwel uitsluitend voor de pleziervaart gebruikt.





Pont-canal
Het met rijen platanen afgeboorde kanaal slingert zich door het zuidelijk landschap. Wij volgen het vroegere jaagpad dat nu fietspad is. In Béziers komen we voorbij het Pont-canal waar het kanaal een brug over de rivier de Orb vormt.

Sluizen van Fonseranes Een eindje verder zijn we bij de Sluizen van Fonseranes. Het kanaal moet hier een niveauverschil van 21 m overbruggen wat opgelost wordt door een negental trapsluizen. Op een zijarm van het kanaal staat een rare constructie. Het blijkt een soort mobiele sluis te zijn die, zo te zien, niet erg efficiënt was want ze is kennelijk al een tijdlang buiten gebruik.
Toeristenbussen hebben hier blijkbaar een vaste stop. Massa's bussen staan hier en dit in het laagseizoen. Van bij de sluizen heb je een prachtig beeld op Béziers met de kathedraal die er bovenuit torent. Een uitnodiging om de stad te bezoeken wat we ook plannen te doen.

Villeneuve-lès-Béziers

17.00 u en 30°C: We fietsen terug naar Villeneuve-lès-Béziers.
22.00 u en nog 22°C: Een avondwandeling tot in het centrum van het stadje rondt onze dag aangenaam af.



Dag 14:  165 km
Overnachting: Camperplaats Villeneuve-lès-Béziers, Promenade des Vernets





Info over Canal du Midi en bijhorende kunstwerken



Zaterdag, 6 september

8.00 u en 20°C: We rijden naar de zee, naar Camping Le Sérignan Plage.
De camping ligt aan zee en heeft een privé strand, een Balneobad met vier themabaden en ligt in het natuurgebied Les Orpelières. Dit wordt vakantie vieren: zwemmen en genieten van het Balneobad, fietsen door het natuurgebied en langs de Orb naar Sérignan of naar Valras-Plage waar we ons laten overzetten met de Orb Passeur, wandelen tot aan zee ... zalig!
22.00 u en nog 19°C ! Het privéstrand is niet verlicht zodat je in het donker de witte schuimkopjes van de op het strand rollende golven ziet oplichten door het licht van de maan. Af en toe zie je een lichtflits van de zaklamp van andere wandelaars. Dit is echt genieten!
Willy en ik wensen optimaal te profiteren van de accomodaties, de omgeving en de zuiderse temperatuur en na wat overleg beslissen we hier tot donderdag te blijven.

Dag 15 tot 19:  14 km
Overnachting: Camping Le Sérignan Plage


Sérignan

Donderdag, 11 september

8.00 u en 20°C: We verkassen terug naar Villeneuve-lès-Béziers. Eerst rijden we nog naar Sérignan om er bij de Hyper-U te tanken en voorraad in te slaan. Het is de bedoeling om langs het Canal du Midi te fietsen richting Vias waar het riviertje de Libron het kanaal kruist. Dit zorgde jarenlang voor moeilijkheden tot de bouw van de Mobiele Aquaduct Libron. We zijn er niet geraakt. Het laatste stuk was het fietspad in nogal slechte staat, het was meer mountainbiken dan fietsen en ik moest "forfait" geven.

22.00u en 18°C: De hele dag was het drukkend heet. Nu begint het stormachtig te waaien. We staan hier met 7 campers. Iedereen vraagt zich ongerust af of het hier onder de platanen langs het kanaal wel veilig is. De woorden zijn nog niet koud of er valt een serieuze tak neer midden op een boot. Er is gelukkig niet veel schade en de opvarenden trekken het zich blijkbaar niet aan, het is een gehuurde boot. Na een tijdje tempert de wind en begint een hevige regenbui en die blijft maar duren.

Dag 20:  17 km
Overnachting:Camperplaats Villeneuve-lès-Béziers, Promenade des Vernets

Camperplaats Villeneuve-lès-Béziers


Vrijdag, 12 september

8.00 u en de temperatuur is gezakt tot 15°C: Er staat nog altijd een strakke wind maar met een stralende zon. We zijn de nacht heelhuids doorgekomen, niemand heeft stukken of brokken. Via de radio horen we dat de storm in heel Frankrijk woedde, vooral in het Noorden.
9.00 u: Langs het kanaal fietsen we naar de stad Béziers. Vanaf de Quai du Port Neuf moeten we de gewone, heel drukke baan op. De kathedraal is geflankeerd door een klooster en door het vroegere Bisschoppelijk paleis, wat nu het Palais de Justice is. De kloostergang en de bijhorende tuin zijn open voor het publiek.

Na een nogal duur kopje koffie op een terrasje zoeken we onze weg in een doolhof van smalle straatjes. Uiteindelijk komen we uit bij het toeristenbureau. Met een stadsplannetje vinden we heel vlot de Allée Paul Riquet. 't Is druk op de 600 m lange boulevaard waar de marktkramers al aan het inpakken zijn. In het midden staat het standbeeld van Pierre-Paul Riquet die in Béziers geboren is; de fantastische ingenieur-architect die het Canal du Midi bedacht en realiseerde ten koste van het familiekapitaal.

Op het einde van de Allée ligt Le Plateau des Poètes, een mooi aangelegd stadspark, een idyllische plek in het centrum van Béziers. Bij het verlaten van het park moeten we door het drukke stadsverkeer naar de haven om van daaruit langs het kanaal rustig terug te fietsen naar de camper in Villeneuve-lès-Béziers.

15.00 u: Na een natje en een droogje en wat rust verplaatsen we ons naar Camping Des Champs Blancs in Agde. We hebben geluk, er is nog net één plaatsje vrij. De camping valt erg mee: iedere plaats heeft een privé sanitair, er is een verwarmd aquabad, en ze is prima gelegen om van hieruit de omgeving van Agde te verkennen.

Dag 21:  25 km
Overnachting: Camping Domaine Des Champs Blancs




Béziers

Zaterdag, 13 september

Tegen de middag is het 22°C. De zon staat aan een helblauwe hemel maar er is wind, vééél koude wind... de Mistral. Ondanks maken we een fietstocht naar Grau d'Agde en komen terug langs de Hérault met de wind in de rug.


Zondag, 14 tot dinsdag 16 september

Het blijft 22°C tot 24°C en de wind blijft blazen. Ook Willy en ik volharden in de boosheid en blijven er met de fiets op uit trekken naar zee (2km), naar het centrum van Agde en de Ronde Sluizen, naar Grau d'Agde en naar de haven en kliffen van Cap d'Agde.
Nadien vind je ons meestal in het zonnetje uit de wind aan het zwembad om te zwemmen, te lezen of lekker te niksen ...

Dag 22 tot 25: Overnachting: Camping Domaine Des Champs Blancs



Agde

Woensdag, 17 september

8.00u en 12°C, de nachten worden kouder. 10.00u: Vanaf nu begint onze reis terug naar huis. We rijden niet teveel kilometers per dag en willen ook nog wat zien onderweg. Om te beginnen willen we het oude stadsgedeelte van Pézenas bezoeken. Jammer, we vinden geen parkeerplaats en houden het voor bekeken. We rijden verder met de A75 tot afrit 47, net voor de tolbrug van Millau met de bedoeling door Millau te rijden en bij oprit 45 terug op de A75 te komen. We wensen geen 7,4 euro te geven om over een mooie viaduct te rijden terwijl we er niets van zien. Millau is onderbroken. Door de omleiding te volgen komen we op de D992 terecht. Net voor de Viaduct van Millau is een uitzichtpunt. Dit verzacht de pil van het omrijden want we hebben er ten volle van geprofiteerd om nog eens mooie foto's te schieten.
We vervolgen onze weg met de A75 tot Clermont-Ferrand. Als convoyeur heb ik alle tijd om het prachtig landschap te bekijken en op foto vast te leggen. In Issoire -les-Prés verlaten we de snelweg om te tanken. En dan gaat het verder door Vichy naar Lapalisse.
Ongeveer 19.30 u staan we op de camperplaats van Lapalisse, aan de Besbre bij 8 andere campers. Het is hier mooi staan, ruim plaats en er is een servicezuil.

Dag 26:  445 km
Overnachting: Camperplaats Lapalisse, Place Jean Moulin


Landschap onderweg


Camperplaats Lapalisse


Donderdag, 18 september

8.00 u en 12°C: We kleden ons goed aan want 't is fris vanmorgen en wandelen naar het centrum van Lapalisse waar het marktgewoel al volop bezig is. We stappen door naar het Château de La Palice. De toegang tot het park is gratis Het kasteel is nog altijd bewoond. Voor 6 euro krijg je een rondleiding in het niet-bewoonde gedeelte. Dit mag je niet missen als je ooit in Lapalisse komt!
Lapalisse is bijzonder campervriendelijk. Op het kerkplein waar ook de ingang van het kasteeldomein is, staat heel duidelijk een plaat die camperisten verwelkomt met de vermelding dat je mag overnachten op de Place Jean Moulin.
Na ons bezoek aan het kasteel slenteren we wat rond in het publiek park en profiteren van de warmte van het zonnetje dat ondertussen van de partij is. 13.00 u en 22°C: Via Moulin en Never rijden we naar Cosne-Cours sur Loire wat een mooi stadje blijkt te zijn. Maar, het is hier heel druk en we vinden niet direct een parkeerplaats. Dus, rijden we maar door en volgen de D965 richting Auxerre.


17.30u: Bij het doorrijden van het stadje Saint-Fargeau beslissen we om een ontspannende stop te houden. Het is een aardig stadje met een kasteel en bijhorende boerderij, een belfort met horlogetoren, een oude pomp op het pleintje en een een Lavoir of openbare wasplaats langs de rivier de Bourdon. Het kasteel is open tot 18.00 u. Het heeft geen zin om nu nog toegang te betalen. Bovendien, we kunnen niet alle kastelen die we passeren bezoeken.




18.30 u: Ondanks een omleiding in de drukke stad zijn we er geraakt. De mixparking op de Quai de la République staat nokvol met campers en daartussen auto's. Langs de rivierkant vinden we geen plaats meer, wel op de tweede rij onder laaghangende bomen, maar het lukt toch. Reglematig verlaten auto's de parkeerplaats en evenvlug staat er een camper in de plaats. Onze overbuur is een 71 jarige dame uit Hamburg die met haar camper alleen op weg is en er duidelijk van geniet. Ze weet ons te vertellen dat je van op de voetgangersbrug over de Yonne een uitgelezen zicht op de stad hebt. Een paar uur later staan we op de brug om foto's te nemen van Auxerre by night.

Dag 27:  251 km

Overnachting: Camperplaats Auxerre, Quai de la République




Château de La Palice


Saint-Fargeau


Auxerre by night


Vrijdag, 19 september

8.00 u en 9°C: We mogen de zuiderse warmte vergeten, het wordt met de dag kouder. Willy heeft zijn short en mouwloze T-shirt vervangen door jeans en een sweater. Voor het Office de Tourisme hoeven we slechts de straat over te steken. We krijgen een brochure mee waarin een wandelparcours, door het historische centrum van Auxerre, uitgestippeld is. Samen met aanduidingen op de grond kan je zo de belangrijkste monumenten, de smalle steegjes en de levendige wijken ontdekken.

De wandeling start bij het bureau voor toerisme. Vrij vlug komen we op de bijzonder pittoreske Place du Coche d'Eau, dat omzoomd is door talrijke vakwerkhuizen. We volgen de bronzen pijlen en komen zo langs de meest interessante plaatsjes. Bij de Horlogetoren eindigen we het eerste deel van ons stadsbezoek. Ondertussen is de temperatuur opgelopen tot een aangename 22°C. We keren terug naar de camper om wat uit te rusten en de innerlijke mens te versterken.

13.00 u: Het tweede deel van onze toer door Auxerre begint bij de prestigieuze kathedraal Saint-Etienne. We eindigen een uurtje later op de Place Saint-Pierre. Dit pleintje nodigt uit om even te verpozen op een terrasje bij het prachtig toegangsportaal naar de kerk Saint-Pierre. Op het fronton van het portaal staan Noach en Ceres uitgebeeld, die respectievelijk verwijzen naar de wijnbouw en landbouw van de streek.
Om af te ronden wandelen we terug naar de Yonne, naar de oude brug Paul-Bert. Van deze plaats heb je een mooi zicht op de rivier en de hele stad. De zon staat net goed om een reeks schitterende foto's te maken.

Dit is het einde van ons bezoek aan Auxerre maar ook het laatste stadsbezoek van onze reis. Ongeveer 15.00 u bollen we via Troyes en Châlons-en-Champagne naar Charleville-Mézières om te overnachten. Het donkert al als we er aan komen en we vinden het niet onmiddellijk. De camperplaats ligt bij camping Olympic, die gesloten is. We zoeken in de omgeving naar een alternatief plaatsje voor de nacht en vinden zo de camperplaats waar al een camper staat. Er is plaats voor acht campers en er is een servicezuil.

Dag 28:  306 km
Overnachting: Camperplaats Charleville-Mézières, rue de Maquis




Auxerre


Camperplaats Charleville-Mézieres



Zaterdag, 20 september

Via Charleroi, Waterloo, Leuven rijden we naar huis.
Einde van weer eens een geslaagde reis.

Dag 29:  217 km
Overnachting: thuis



Groetjes van Willy en Andrea
Veel leesgenot !!!



REISVERHALEN                   FOTOSITE                   Reacties welkom in ons GASTENBOEK